Scannen / Hoe

Schitterende reproducties maken

Moirépatronen verwijderen van de gescande afbeelding
De scherpte van het beeld verhogen
De kleuren van een gescande afbeelding verlevendigen
Verkleurde afbeeldingen herstellen
Stof op films verwijderen
Korrels verwijderen uit de gescande afbeelding
De kwaliteit van de gescande afbeelding verbeteren (PRINT Image Matching)

EPSON Scan biedt een groot aantal verschillende instellingen waarmee u de kwaliteit van de scan volledig aan uw wensen kunt aanpassen. In het instellingenvenster kunt u de kwaliteit van een gescande afbeelding gemakkelijk aanpassen door selectievakjes in te schakelen. In dit gedeelte wordt uitgelegd welke mogelijkheden het programma biedt en hoe u deze gebruikt.

Moirépatronen verwijderen van de gescande afbeelding

U kunt zogenaamde moirépatronen verwijderen. Dit zijn geometrische patronen die zich meestal voordoen op gebieden met halftoonkleuren (bijvoorbeeld huidskleur). Ga als volgt te werk om deze patronen te verwijderen.

Opmerking:
  • Deze functie is niet beschikbaar wanneer u een hogere resolutie dan 600 dpi hebt ingesteld.
  • In de thuismodus of professionele modus kunt u deze functie niet gebruiken wanneer u Film hebt opgegeven bij Documenttype.
  • U kunt deze functie niet gebruiken wanneer u Zwart-wit hebt opgegeven bij Beeldtype.
  • Het resultaat van de verwijderde moirépatronen is niet zichtbaar in de voorbeeldscan.

Schakel in het gedeelte Aanpassingen het selectievakje Ontrasteren in. (Schuif door naar het onderste deel van het scherm, indien nodig.)

Klik op het plusteken links naast de opties en selecteer de juiste instelling bij Rasterlijnen voor de afbeelding die u scant en uw doeleinden. (In de thuismodus kan deze functie niet worden gebruikt.)

Zonder de optie Ontrasteren

Met de optie Ontrasteren


[Boven]

De scherpte van het beeld verhogen

Als de contouren van de originele afbeelding niet scherp genoeg zijn, kunt u met deze functie de scherpte van de gescande afbeeldingen verhogen in de professionele modus. (Deze functie wordt in de thuismodus automatisch ingeschakeld.) Ga als volgt te werk.

Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar wanneer u bij Beeldtype de optie Gladde kleuren of Zwart-wit hebt ingeschakeld.

Schakel in het gedeelte Aanpassingen het selectievakje Beeld verscherpen in. (Schuif door naar het onderste deel van het scherm, indien nodig.)

Zonder beeld verscherpen

Met beeld verscherpen

Klik op het plusteken links naast de opties en selecteer het gewenste aanpassingsniveau.


[Boven]

De kleuren van een gescande afbeelding verlevendigen

U kunt een gescande afbeelding verlevendigen door de helderheid van de kleuren, het contrast of de kleurbalans aan te passen. Ga als volgt te werk.

Opmerking:
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer u kleurafbeeldingen scant.

Klik op de knop Beeldaanpassing.

Wijzig de gewenste onderdelen met behulp van de schuifregelaar.

Zonder beeldaanpassing

Met beeldaanpassing

Klik op de knop Sluiten om het dialoogvenster Beeldaanpassing te sluiten.


[Boven]

Verkleurde afbeeldingen herstellen

Kleur herstellen is een functie in de scansoftware waarmee u verkleurde films en foto's kunt herstellen. Schakel in het gedeelte Aanpassingen het selectievakje Kleuren herstellen in als u de kleuren wilt aanpassen. (Schuif door naar het onderste deel van het scherm, indien nodig.)

Opmerking:
  • Selecteer niet de optie Document bij Type automatische belichting.
  • Afhankelijk van de staat van de films of foto's, worden de kleuren mogelijk niet volledig hersteld.


[Boven]

Stof op films verwijderen

U kunt de kwaliteit van de gescande afbeeldingen verbeteren door stof van films te verwijderen met behulp van deze functie.

Schakel het selectievakje Stof verwijderen in. (Schuif door naar het onderste deel van het scherm, indien nodig.)

Het stof op de films wordt van de gescande afbeeldingen verwijderd.

Stof verwijderen niet toegepast

Stof verwijderen toegepast

Opmerking:
  • Deze functie is alleen beschikbaar wanneer Film is opgegeven bij Documenttype.
  • Verwijder al het zichtbare stof van de films voordat u het filmmateriaal op de glasplaat legt.
  • Het resultaat van de functie Stof verwijderen is niet zichtbaar in de voorbeeldscan. U dient het resultaat te controleren op de gescande afbeelding.


[Boven]

Korrels verwijderen uit de gescande afbeelding

Wanneer de gescande afbeelding korrels vertoont, schakelt u het selectievakje Korrels reduceren in en klikt u nogmaals op Scannen om de korrels te reduceren. Hoe hoger het niveau dat u instelt, hoe zachter de gescande afbeelding wordt.

Controleer het resultaat van de instelling Korrel reduceren op de gescande afbeelding.

Korrels reduceren niet toegepast

Korrels reduceren toegepast

Opmerking:
De bovenstaande afbeeldingen dienen slechts ter illustratie. Het uiteindelijke resultaat van de instelling Korrels reduceren is afhankelijk van de staat van de originele afbeelding of het filmtype dat u scant.


[Boven]

De kwaliteit van de gescande afbeelding verbeteren (PRINT Image Matching)

PRINT Image Matching is een gestandaardiseerde methode waarmee uitgebreide informatie over de kleuren van de gescande afbeelding wordt opgeslagen. De kwaliteit van de scan wordt hierdoor geoptimaliseerd. Wanneer u een met PRINT Image Matching compatibele printer gebruikt, kunt u de afbeeldingen eenvoudig afdrukken in schitterende en levendige kleuren.

Opmerking:
PRINT Image Matching-informatie is niet van invloed op de afbeeldingsgegevens zelf of de manier waarop de afbeelding wordt weergegeven op het beeldscherm van de computer.

Volg de onderstaande instructies om de kwaliteit van uw gescande afbeeldingen te verbeteren met EPSON Scan.

Start EPSON Scan.

Voor Windows-gebruikers:
Dubbelklik op het pictogram EPSON Scan op het bureaublad.

U kunt EPSON Scan ook als volgt starten.

Klik op Start, wijs naar Alle programma's (voor Windows XP) of Programma's (voor Windows Me, 98 en 2000) gevolgd door EPSON Scan en selecteer vervolgens EPSON Scan.

Voor gebruikers van Mac OS X:
Klik op het pictogram EPSON Scan in de programmamap.

Selecteer de professionele modus. Zie De scanmodus wijzigen voor meer informatie over het selecteren van de scanmodus.

Het volgende venster verschijnt.

Geef bij Origineel en Bestemming de geschikte instellingen op voor uw documenten.

Klik op Voorbeeldscan om de afbeeldingen te bekijken.

Geef bij Doelgrootte het uitvoerformaat van de gescande afbeelding op en geef vervolgens de instellingen bij Aanpassingen op, indien nodig. (Schuif door naar het onderste deel van het scherm, indien nodig.)

Klik op Scannen. Het dialoogvenster Instellingen voor Bewaar bestand verschijnt.

Selecteer PRINT Image Matching II als bestandsindeling.

PRINT Image Matching II (JPEG) (*.JPG)

Een gecomprimeerde bestandsindeling. De mate van compressie kan worden ingesteld. Met JPEG is een relatief hoge compressie mogelijk. Maar hoe hoger de compressie, des te lager de kwaliteit van de afbeelding. (N.B.: de oorspronkelijke gegevens kunnen niet meer worden teruggehaald.) Bovendien neemt de kwaliteit af telkens wanneer het bestand wordt opgeslagen. Daarom wordt het bestandstype TIFF aangeraden wanneer een bestand uitgebreid moet worden bewerkt of geretoucheerd.

PRINT Image Matching II (TIFF) (*.TIF)

Een bestandsindeling die is gemaakt voor de uitwisseling van gegevens tussen toepassingen als grafische software en DTP-programma's. Bij het scannen van zwart-witafbeeldingen kunt u zelf het compressietype opgeven.

Klik op OK. EPSON Scan begint met scannen.

De gescande afbeelding wordt opgeslagen in de opgegeven map.


[Boven]


Vorige

Volgende