Afdrukken onder Windows

De printersoftware: inleiding

Meer informatie
Toegang krijgen tot de printersoftware

De printersoftware die met de printer wordt meegeleverd, omvat een driver en hulpprogramma's voor de printer. In de printerdriver kunt u een groot aantal opties instellen om de beste resultaten te krijgen van uw printer. Met de printerhulpprogramma's kunt u de printer controleren en ervoor zorgen dat de printer optimaal blijft werken.

De instellingen voor de printerdriver en de hulpprogramma's vindt u in de hierna genoemde menu's van de printersoftware.

Menu

Instellingen en hulpprogramma's

Hoofdgroep

Afdrukmateriaal, Kleur, Modus, Afdrukvoorbeeld

Papier

Papierbron, Geen marges, Papierformaat, Exemplaren, Afdrukstand, Afdrukgebied, Rolpapieroptie

Lay-out

Verkleinen/Vergroten, Dubbelzijdig afdrukken, Meerdere pagina's, Watermerk

Hulpprogramma

EPSON Status Monitor 3, Spuitkanaaltjes controleren, Printkop reinigen, Printkop uitlijnen, Printer- en optie-informatie, Snelheid & Voortgang

Als u problemen hebt met het gebruik van de printersoftware, kunt u naar de website voor technische ondersteuning gaan.

Meer informatie

Voor informatie over het gebruik van de printersoftware, zie Opties instellen op het tabblad Hoofdgroep, Opties instellen op het tabblad Papier of Opties instellen op het tabblad Lay-out.

Zie De printerhulpprogramma's gebruiken voor informatie over het gebruik van de printerhulpprogramma's.

Opmerking:
De door u gebruikte Windows-versie bepaalt welke functies in de printersoftware beschikbaar zijn.

In de online-Help vindt u meer informatie over de printersoftware. Zie Informatie krijgen via de online-Help voor informatie over hoe u toegang krijgt tot de online-Help.


[Boven]

Toegang krijgen tot de printersoftware

U kunt de printersoftware openen vanuit de meeste Windows-toepassingen of vanuit het menu Start van Windows.

Als u de printersoftware vanuit een Windows-toepassing opent, gelden de instellingen die u vastlegt uitsluitend voor de toepassing in kwestie.

Als u de printersoftware vanuit het menu Start opent, gelden de instellingen die u vastlegt voor alle Windows-toepassingen.

Raadpleeg het betreffende gedeelte voor instructies.

Vanuit Windows-toepassingen

Volg de onderstaande instructies om de printersoftware te openen.

Klik in het menu Bestand (File) op Print of Printerinstelling (Print Setup).

Klik in het dialoogvenster dat verschijnt op Printer, Instellingen (Setup), Opties (Options) of Eigenschappen (Properties). (Het is mogelijk dat u op een combinatie van deze knoppen moet klikken, afhankelijk van de toepassing die u gebruikt.) De printersoftware wordt geopend.

Vanuit het menu Start

Volg de onderstaande instructies om de printersoftware te openen.

Voor gebruikers van Windows Me, 2000, NT 4.0, 98 en 95: klik op Start, wijs naar Instellingen (Settings) en klik op Printers.

Voor gebruikers van Windows XP: klik op Start, gevolgd door Configuratiescherm (Control Panel) en Printers and other hardware, en klik vervolgens op Printers and Faxes.

Voor gebruikers van Windows Me, 98 en 95: selecteer uw printer en klik vervolgens op Eigenschappen (Properties) in het menu Bestand (File).

Voor gebruikers van Windows XP en 2000: selecteer uw printer en klik vervolgens op Voorkeursinstellingen voor afdrukken (Printing Preferences) in het menu Bestand (File).

Voor gebruikers van Windows NT 4.0: selecteer uw printer en klik vervolgens op Standaardwaarden document (Document Defaults) in het menu Bestand (File).

De printersoftware wordt geopend.


[Boven]


Volgende