Functies van de printersoftware / Voor gebruikers van Mac OS X
Basisinstellingen vastleggen
Een afdrukvoorbeeld bekijken
Opties voor Pagina's per vel instellen
Opties voor kleurbeheer instellen
De huidige instellingen weergeven
Uw instellingen opslaan en gebruiken
In het afdrukvenster kunt u de instellingen vastleggen voor Afdrukmateriaal, Modus, Inkt, Aantal en Pagina's. Via dit dialoogvenster kunt u een afdrukvoorbeeld weergeven vóór het afdrukken. Raadpleeg het betreffende gedeelte hierna.

De instelling bij Afdrukmateriaal bepaalt welke andere opties beschikbaar zijn. Daarom moet u deze optie altijd eerst instellen.
Selecteer, wanneer de optie Printerinstellingen is geselecteerd, bij Afdrukmateriaal het type afdrukmateriaal dat u in de printer hebt geladen. Zoek het afdrukmateriaal dat u gebruikt op in de lijst Afdrukmateriaal.
![]() | Instellingen voor Afdrukmateriaal |
| Opmerking: |
|
Met de opties voor Inkt kunt u kiezen of u wilt afdrukken in kleur of zwart-wit. Klik op Kleur als u in kleur wilt afdrukken, of op Zwart als u in zwart-wit of grijstinten wilt afdrukken.
De instellingen bij Modus (wanneer Printerinstellingen is geselecteerd) ondersteunen diverse opties (zie hierna).
|
Automatisch |
Deze modus is de snelste en eenvoudigste manier om te beginnen met afdrukken. Raadpleeg De modus Automatisch gebruiken voor meer informatie. |
|
Aangepast |
In deze modus kunt u uit een lijst met vooraf gedefinieerde of aangepaste instellingen een optie kiezen die het meest geschikt is voor het type document dat u wilt afdrukken. Raadpleeg De modus Aangepast gebruiken voor meer informatie. |
|
Extra instellingen |
In deze modus kunt u meer gedetailleerde afdrukinstellingen kiezen. Raadpleeg De modus Extra instellingen gebruiken voor meer informatie. |
Naast het vastleggen van uitgebreide Modus-instellingen die de algemene afdrukkwaliteit beïnvloeden, kunt u ook afzonderlijke aspecten van de afdruk wijzigen met de opties in het dialoogvenster voor de pagina-instelling. Zie Opties instellen in het dialoogvenster voor de pagina-instelling.
Raadpleeg het betreffende gedeelte hierna.
Als u Automatisch selecteert bij Printerinstellingen, worden alle gedetailleerde instellingen automatisch door de printerdriver verzorgd op basis van de huidige instellingen bij Afdrukmateriaal en Kleur.

| Opmerking: |
|
Wanneer u Aangepast kiest, kunt u de lijst Aangepaste instellingen gebruiken, met daarin een aantal kant-en-klare instellingen voor het afdrukken van tekst en grafieken. U kunt ook ColorSync selecteren, een methode voor kleuraanpassing. U kunt ook uw eigen instellingen maken en opslaan. Zie De modus Extra instellingen gebruiken voor meer informatie over het maken van uw eigen instellingen.

Standaard hebt u de volgende keuzemogelijkheden.
|
Kleuraanpassing |
Omschrijving |
|
Zuinig |
Deze instelling is het meest geschikt voor het afdrukken van conceptversies van tekstdocumenten. |
|
ColorSync |
Deze methode zorgt ervoor dat de afgedrukte kleuren overeenkomen met de schermkleuren. |
Als u een instelling selecteert voor Aangepast, worden andere opties, zoals Afdrukkwaliteit en Kleuraanpassing, automatisch ingesteld. Wijzigingen in deze instellingen worden weergegeven in het schermpje aan de linkerzijde van het afdrukvenster.
Voer de volgende stappen uit om een instelling te kiezen bij Aangepast.
![]() | Selecteer Printerinstellingen in het venstermenu van het afdrukvenster. |
![]() | Controleer in het afdrukvenster of de instellingen voor Afdrukmateriaal en Inkt kloppen. |
![]() | Selecteer Aangepast. Hierdoor wordt de lijst Aangepaste instellingen, rechts van het keuzerondje Aangepast, zichtbaar. |
![]() | Kies uit de lijst Aangepaste instellingen de meest geschikte instelling voor het type document of beeld dat u wilt afdrukken. |
Wanneer u Extra instellingen selecteert, kunt u uw afdrukomgeving volledig besturen. Met deze instellingen kunt u nieuwe afdrukideeën uitproberen of een reeks afdrukinstellingen op uw behoeften afstemmen.
Volg de onderstaande instructies om de geavanceerde opties in te stellen.
![]() | Selecteer de optie Printerinstellingen in het venstermenu van het afdrukvenster. |
![]() | Selecteer Extra instellingen. |

![]() | Kies bij inkt de optie Kleur of Zwart |
![]() | Stel de Afdrukkwaliteit in. |
![]() | Stel desgewenst nog meer opties in. Zie de online-Help voor meer informatie. |
| Opmerking: |
|
Selecteer Aantal & Pagina's in het venstermenu en voer het aantal exemplaren in bij Aantal.
Selecteer Aantal & Pagina's in het venstermenu en selecteer Gesorteerd voor het afdrukken van volledige documenten na elkaar.
Selecteer Aantal & Pagina's in het venstermenu en selecteer Alle of Van en t/m. Als u Van en t/m gebruikt, voert u de eerste pagina van het bereik in bij Van en de laatste pagina bij t/m.
Met de voorbeeldfunctie kunt u een afdrukvoorbeeld van uw document bekijken voordat u het afdrukt. Om een afdrukvoorbeeld te bekijken, gaat u als volgt te werk.
![]() | Leg de gewenste instellingen vast in de printerdriver. |
![]() | Klik in het afdrukvenster op Voorvertoning. Het dialoogvenster met het afdrukvoorbeeld van het document verschijnt. |

| Opmerking: |
|
Selecteer in het venstermenu de optie Lay-out als instelling bij Meerdere pagina's als u meerdere pagina's van uw document wilt afdrukken op één vel papier.

Zie Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken voor meer informatie.
| Opmerking: |
|
Als u in het venstermenu Kleurenbeheer selecteert, kunt u de kleuraanpassing en correctiemethoden van de printerdriver instellen. Ga als volgt te werk.
![]() | Selecteer Kleurenbeheer in het venstermenu. Het volgende dialoogvenster verschijnt. |

![]() | Stel de opties naar wens in. Zie de online-Help voor meer informatie. |
Door Overzicht te selecteren kunt u de instellingen van het afdrukvenster nog eens nakijken.
Selecteer Overzicht in het venstermenu. Het volgende dialoogvenster verschijnt.

De huidige instellingen voor Aantal & Pagina's, Lay-out, Uitvoeropties en Printerinstellingen worden in de lijst weergegeven.
| Opmerking: |
|
Als u de instellingen wilt opslaan, selecteert u Bewaar aangepaste instelling in het venstermenu.
Uw instellingen worden opgeslagen als Aangepast in de lijst Bewaarde instellingen. U kunt slechts één set aangepaste instellingen opslaan.
| Opmerking: |
|
Als u uw opgeslagen instellingen opnieuw wilt gebruiken, selecteert u Aangepast in de lijst Instellingen in het afdrukvenster.
Als u de instellingen bij Afdrukmateriaal of Inkt wijzigt terwijl de aangepaste instellingen in de lijst Opgeslagen instellingen zijn geselecteerd, heeft dit geen invloed op de opgeslagen instellingen. Als u wilt terugkeren naar uw opgeslagen instelling, kunt u deze gewoon weer selecteren in de lijst.
![]() Vorige |
![]() Volgende |