|
||||||||||||
Problemen met de afdrukkwaliteitAls de afdrukkwaliteit te wensen overlaat, maak dan een vergelijking met de volgende illustraties. Klik op het bijschrift onder de illustratie die het meest overeenkomt met uw afdruk.
Horizontale strepenControleer of het papier met de afdrukzijde naar boven in de papiertoevoer is geplaatst.
Voer het hulpprogramma Head Cleaning (Printkop reinigen) uit om eventueel verstopte spuitkanaaltjes schoon te maken.
Zie De printkop reinigen
U krijgt de beste resultaten als u de cartridge verbruikt binnen zes maanden na het openen van de verpakking.
Gebruik bij voorkeur originele Epson-cartridges.
Controleer het lampje
. Als het lampje knippert, vervangt u de desbetreffende cartridge. Zie Vervanging van opgebruikte cartridges
Zorg ervoor dat de papiersoort die is geselecteerd in de printerdriver overeenkomt met het type papier dat zich in de papiertoevoer van de printer bevindt.
Zie De juiste papiersoort selecteren
Verticale strepen of verstoringControleer of het papier met de afdrukzijde naar boven in de papiertoevoer is geplaatst.
Voer het hulpprogramma Head Cleaning (Printkop reinigen) uit om eventueel verstopte spuitkanaaltjes schoon te maken.
Zie De printkop reinigen
Schakel voor Windows het selectievakje High Speed (Hoge snelheid) uit in het venster Advanced (Geavanceerd) van de printerdriver. Zie de online-Help voor meer informatie.
In het geval van Mac OS X 10.5 of hoger schakelt u Off (Uit) in bij High Speed Printing (Afdrukken met hoge snelheid). Om de optie High Speed Printing (Afdrukken met hoge snelheid) weer te geven, doorloopt u de volgende menu’s: System Preferences (Systeemvoorkeuren), Print & Fax (Afdrukken en faxen), uw printer (in de lijst Printers), Options & Supplies (Opties en toebehoren) en als laatste Driver (Besturingsbestand). Voor Mac OS X 10.4 schakelt u de instelling High Speed Printing (Afdrukken met hoge snelheid) uit (bij Extension Settings (Extra instellingen) in het dialoogvenster Print (Afdrukken) van de printerdriver). Zorg ervoor dat de papiersoort die is geselecteerd in de printerdriver overeenkomt met het type papier dat zich in de papiertoevoer van de printer bevindt.
Zie De juiste papiersoort selecteren
Onjuiste of ontbrekende kleurenSchakel voor Windows de instelling Grayscale (Grijswaarden) uit in het venster Advanced (Geavanceerd) van de printerdriver.
Voor Mac OS X schakelt u de instelling Grayscale (Grijswaarden) uit (bij Print Settings (Printerinstellingen) in het dialoogvenster Print (Afdrukken) van de printerdriver). Zie de online-Help van de printerdriver voor meer informatie. Pas de kleurinstellingen aan in de gebruikte toepassing of in de printerdriver.
Voor Windows: controleer het venster Advanced (Geavanceerd). Voor Mac OS X: controleer het dialoogvenster Color Options (Kleurenopties) via het dialoogvenster Print (Afdrukken). Zie de online-Help van de printerdriver voor meer informatie. Controleer het lampje
. Als het lampje knippert, vervangt u de betreffende cartridge. Zie Vervanging van opgebruikte cartridges
Als u net een cartridge hebt vervangen, controleer dan of de datum op de verpakking nog niet is verstreken. Het is raadzaam de cartridges ook te vervangen als de printer lange tijd niet is gebruikt.
Zie Een cartridge vervangen voordat deze leeg is
Onduidelijke of vlekkerige afdrukkenGebruik bij voorkeur originele Epson-cartridges.
Zorg ervoor dat de printer op een vlakke, stabiele ondergrond staat die groter is dan de printer. De printer werkt niet goed als hij scheef staat.
Zorg ervoor dat het papier niet beschadigd, vuil of te oud is.
Zorg ervoor dat het papier droog is en met de afdrukzijde naar boven in de printer is geladen.
Strijk het papier glad of buig het een beetje om in de tegenovergestelde richting als het is omgekruld in de richting van de afdrukzijde.
Zorg ervoor dat de papiersoort die is geselecteerd in de printerdriver overeenkomt met het type papier dat zich in de papiertoevoer van de printer bevindt.
Zie De juiste papiersoort selecteren
Verwijder elk afgedrukt vel meteen uit de opvangbak.
Raak de bedrukte zijde van papier met een glanzend oppervlak niet aan en zorg ervoor dat deze zijde nergens mee in aanraking komt. Volg bij het werken met uw afdrukken de instructies bij het papier.
Als het papier na het afdrukken inktvegen bevat, reinigt u de binnenkant van de printer.
Zie De binnenzijde van de printer reinigen
| ||||||||||||