Productinformatie / Geheugenkaarten gebruiken

Geheugenkaarten in het apparaat plaatsen

Geschikte typen geheugenkaarten
Geschikte afbeeldingsbestanden
Geheugenkaarten in het apparaat steken
Geheugenkaarten uit het apparaat verwijderen

Geschikte typen geheugenkaarten

Deze scanner heeft drie verschillende sleuven voor geheugenkaarten.

De typen geheugenkaarten die u kunt gebruiken, worden hieronder getoond.

*  Adapter nodig. Steek geen kaartadapter zonder kaart in de sleuven en haal nooit de kaart zonder adapter uit de sleuven. Doet u dit wel, dan kan de scanner de kaart niet goed lezen.

Opmerking:

Het precieze gebruik van de geheugenkaarten hangt af van het kaarttype. Raadpleeg daarom altijd de documentatie bij uw geheugenkaart voor meer informatie hierover.

[Boven]

Geschikte afbeeldingsbestanden

U kunt afbeeldingsbestanden gebruiken die voldoen aan de volgende vereisten.

*  DCF staat voor 'Design rule for Camera File system', een norm van de Japan Electronics and Information Technology Industries Association (JEITA).

**  Ondersteunt Exif 2.1/2.2.

Opmerking:

U kunt geen afbeeldingen afdrukken met een bestandsnaam met tekens bestaande uit dubbele bytes.

[Boven]

Geheugenkaarten in het apparaat steken

Open het klepje van de geheugenkaartsleuven.

Steek de geheugenkaart zo ver mogelijk in de desbetreffende sleuf.

Opmerking:

U kunt altijd maar één geheugenkaart tegelijk in de scanner plaatsen.

Sluit het klepje van de geheugenkaartsleuven.

Let op:

Probeer de geheugenkaart nooit helemaal in de sleuf te duwen. Geheugenkaarten passen niet in hun geheel in de kaartsleuven.

Wanneer u een geheugenkaart op een verkeerde manier in de sleuf steekt, kunnen de scanner en/of de kaart beschadigd raken.

Houd het klepje van de sleuven gesloten zolang er een geheugenkaart in de scanner zit. Zo zijn de kaart en de sleuven goed beschermd tegen stof en statische elektriciteit. Anders kunnen gegevens op de geheugenkaart verloren gaan of kan de scanner beschadigd raken.

Afhankelijk van het type geheugenkaart dat in de scanner is geplaatst, kan statische elektriciteit een storing in de scanner veroorzaken.

Opmerking:

Wanneer de geheugenkaart niet goed is geplaatst, gaat het geheugenkaartlampje niet branden.

Steek geen kaartadapter zonder kaart in de sleuven en haal nooit de kaart zonder adapter uit de sleuven. Doet u dit wel, dan kan de scanner de kaart niet goed lezen.

Bij gebruik van een CompactFlash-, Microdrive- of xD-Picture-kaart: Steek de kaart met de voorzijde (waar het teken staat) naar rechts in de sleuf. Bij gebruik van andere kaarten: Steek de kaarten met de groef naar beneden in de sleuf.

[Boven]

Geheugenkaarten uit het apparaat verwijderen

Controleer of het geheugenkaartlampje niet knippert.

Open het klepje van de geheugenkaartsleuven.

Verwijder de geheugenkaart door de kaart recht uit de sleuf te trekken.

Let op:

Zolang het geheugenkaartlampje knippert mag u de kaart niet verwijderen en de scanner niet uitzetten. Er kunnen dan gegevens verloren gaan op de geheugenkaart.

Als u de scanner gebruikt met een computer waarop Windows 2000 of Windows XP is geïnstalleerd, mag u deze scanner nooit uitzetten en de USB-kabel nooit losmaken terwijl er nog een geheugenkaart in de scanner zit. Hierdoor kunnen de gegevens op de geheugenkaart worden vernietigd. Zie De scanner loskoppelen voor meer informatie hierover.

Opmerking:

Steek geen kaartadapter zonder kaart in de sleuven en haal nooit de kaart zonder adapter uit de sleuven. Doet u dit wel, dan kan de scanner de kaart niet goed lezen.

Sluit het klepje van de geheugenkaartsleuven.

[Boven]

Vorige

Volgende