|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Epson Scan-instellingen selecterenOverzicht van de modi van Epson ScanMet Epson Scan kunt u alle mogelijke scantaken regelen. Deze software heeft drie modi.
Met de Volautomatische modus kunt u snel en gemakkelijk scannen zonder dat u instellingen opgeeft of een voorbeeldscan weergeeft. Dit is de standaardmodus van Epson Scan.
De volautomatische modus is de beste oplossing voor het scannen van documenten of foto's op ware grootte en als u vóór de definitieve scan niet per se een voorbeeldscan wilt zien. Met de knop Aanpassen kunt u verkleurde afbeeldingen opfrissen en stof verwijderen. Zie Volautomatische modus gebruiken voor meer informatie over het gebruik van deze modus. Met de Thuismodus kunt u enkele scaninstellingen aanpassen en het resultaat van deze aanpassingen zichtbaar maken in een voorbeeldscan.
De Thuismodus is de beste oplossing wanneer u eerst een voorbeeld van uw foto's wilt weergeven voordat de definitieve scan wordt gemaakt. U kunt het formaat aanpassen, het scangebied bijregelen en allerlei andere beeldinstellingen wijzigen, waaronder die voor het herstellen van kleuren, het verwijderen van stof en het corrigeren van tegenlicht. Zie De scanmodus wijzigen voor meer informatie over het omschakelen naar de Thuismodus. Zie Basisinstellingen selecteren voor de scanprocedure. Met de Professionele modus kunt u alle mogelijke scaninstellingen aanpassen en het resultaat van deze aanpassingen zichtbaar maken in een voorbeeldscan.
De Professionele modus is de beste oplossing wanneer u eerst een voorbeeld van uw afbeeldingen wilt weergeven en allerlei uitgebreide en gedetailleerde correcties wilt aanbrengen voordat de definitieve scan wordt gemaakt. Daarbij hebt u de beschikking over allerlei functies voor het verbeteren van uw afbeeldingen (scherper maken, kleuren en tegenlicht corrigeren, stof verwijderen enzovoort). Zie De scanmodus wijzigen voor meer informatie over het omschakelen naar de Professionele modus. Zie Basisinstellingen selecteren voor de scanprocedure. Instellingen voor Bewaar bestand selecterenIn het venster Instellingen voor Bewaar bestand selecteert u de locatie, naam en bestandsindeling voor de gescande afbeelding die u wilt opslaan.
Volautomatische modus
Klik in het stand-byvenster op de knop Aanpassen, gevolgd door de knop Instellingen voor Bewaar bestand. (Als u Epson Scan hebt gestart vanuit een programma als Adobe Photoshop Elements, wordt deze knop niet weergegeven.)
Thuismodus of Professionele modus
Klik op de knop Instellingen voor Bewaar bestand rechts naast de knop Scannen. (Als u Epson Scan hebt gestart vanuit een programma als Adobe Photoshop Elements, wordt deze knop niet weergegeven.)
Als u een andere map wilt selecteren, klikt u op Aangepast gevolgd door Bladeren (Windows) of Kiezen (Mac OS X). Vervolgens selecteert u de map. Als u de afbeelding op het bureaublad wilt opslaan, klikt u gewoon op Aangepast.
Opmerking:
Bestanden met dezelfde naam overschrijven
Schakel dit selectievakje in als u de geselecteerde bestandsnaam en locatie opnieuw wilt gebruiken en eerdere bestanden met dezelfde naam wilt overschrijven.
Dit dialoogveld voor de volgende scan tonen
Schakel dit selectievakje in als het venster Instellingen voor Bewaar bestand automatisch moet worden geopend vóór het scannen (alleen in de Thuismodus en Professionele modus). Als u het selectievakje uitschakelt, moet u op de knop Instellingen voor Bewaar bestand klikken om het venster te openen in de Thuismodus of de Professionele modus.
Open image folder after scanning
Schakel dit selectievakje in als de map met de daarin opgeslagen gescande afbeeldingen na het scannen automatisch moet worden geopend in Epson File Manager, Windows Verkenner (Windows Explorer) of Macintosh Finder.
De gescande afbeelding wordt automatisch op de opgegeven locatie opgeslagen als bestand.
Volautomatische modus gebruikenWanneer u Epson Scan voor de eerste keer start, is de volautomatische modus actief en wordt het stand-byvenster van Epson Scan weergegeven.
Opmerking:
Selecteer de gewenste instellingen en klik op OK. (Klik op de knop Help voor meer informatie over het selecteren van instellingen.)
Epson Scan maakt een voorbeeldscan van de afbeelding, bepaalt of het een document of foto is en stemt de scaninstellingen daar automatisch op af. Na enige tijd wordt de voorbeeldscan in het klein weergegeven in het venster van Epson Scan.
Opmerking:
Opmerking:
De scanmodus wijzigenAls u de scanmodus wilt wijzigen, klikt u op de pijl van de keuzelijst onder Modus in de rechterbovenhoek van het Epson Scan-venster. Selecteer vervolgens de gewenste modus in de lijst die verschijnt.
Opmerking:
Meer informatie over het gebruik van deze scanmodi:
Volautomatische modus: Volautomatische modus gebruiken
.
Thuismodus of Professionele modus: Basisinstellingen selecteren
Basisinstellingen selecterenWanneer u Epson Scan start in de Thuismodus of Professionele modus, verschijnt het Epson Scan-venster.
Thuismodus
Professionele modus
Voordat u een document of foto kunt scannen, moet u eerst deze basisinstellingen opgeven.
Instellingen voor het origineel. Aan de hand hiervan weet Epson Scan welke type document of foto u scant.
Instellingen voor de bestemming. Aan de hand hiervan weet Epson Scan wat u met de gescande afbeelding wilt doen, zodat de juiste resolutie (scankwaliteit) daarop kan worden afgestemd.
Ga als volgt te werk om in Epson Scan de basisinstellingen te selecteren voor een document of foto.
Thuismodus:
Open de lijst Documenttype door op de pijl te klikken en selecteer het type origineel dat u wilt scannen. Selecteer vervolgens het keuzerondje Kleuren, Grijs of Grijs/kleur om de kleuren van het origineel te selecteren.
Professionele modus:
Open de lijst Documenttype door op de pijl te klikken en selecteer Reflecterend (voor het scannen van een foto of document). Klik vervolgens op de pijl van de lijst Automatische belichting en selecteer Document of Foto.
Thuismodus:
Klik onder Bestemming op de knop voor de manier waarop u de gescande afbeelding wilt gebruiken:
Scherm/web voor afbeeldingen die alleen worden weergegeven op een computerscherm of op internet.
Printer voor afbeeldingen die worden afgedrukt of die worden omgezet in tekst met een OCR-programma voor optische tekstherkenning (Optical Character Recognition).
Aangepast als u een specifieke resolutie wilt selecteren voor andere doeleinden.
Professionele modus:
Open de lijst Beeldtype door op de pijl te klikken en selecteer het beeldtype dat u wilt scannen.
Scanresolutie selecterenIn de Thuismodus kunt u de resolutie alleen wijzigen als u Aangepast als de instelling voor Bestemming selecteert.
In de Professionele modus kunt u op elk gewenst moment een andere resolutie selecteren.
Voordat u de scanresolutie selecteert, moet u eerst nagaan of u de afbeeldingen wilt vergroten vóór of na het scannen. Ga daarbij uit van de volgende principes.
U wilt de afbeeldingen niet vergroten.
Als u de afbeeldingen scant op 100% of kleiner en de afbeeldingen later niet wilt vergroten, kunt u gewoon de resolutie gebruiken die door Epson Scan is geselecteerd op basis van de instellingen die u voor de bestemming hebt opgegeven (alleen Thuismodus).
U wilt de afbeeldingen tijdens het scannen vergroten (verhoog de instelling bij Doelgrootte)
Als u de afbeeldingen in Epson Scan vergroot, zodat gebruik op een groter formaat mogelijk wordt, kunt u gewoon de resolutie gebruiken die door Epson Scan is geselecteerd op basis van de instellingen die u voor de bestemming hebt opgegeven (alleen Thuismodus).
U wilt de afbeeldingen scannen op het originele formaat, maar later vergroten in een beeldbewerkingsprogramma.
Als u de afbeeldingen later wilt vergroten in een beeldbewerkingsprogramma, moet u de instelling bij Resolutie verhogen. Alleen op die manier kan de hoge beeldkwaliteit behouden blijven na het vergroten. Verhoog de resolutie overeenkomstig de vergroting van het beeldformaat. Als de resolutie bijvoorbeeld 300 dpi (dots per inch) bedraagt en u wilt de afbeelding 200% vergroten in een beeldbewerkingsprogramma, dan moet u de resolutie in Epson Scan op 600 dpi zetten. Klik op de pijl van de keuzelijst Resolutie en selecteer het aantal dots per inch waarmee moet worden gescand. Zie de onderstaande tabel voor enkele richtlijnen.
Na het selecteren van de resolutie kunt u een voorbeeldscan van uw afbeelding weergeven en de nodige aanpassingen aanbrengen. Zie Scangebied weergeven en aanpassen om door te gaan met scannen.
Scangebied weergeven en aanpassenNa het selecteren van de basisinstellingen en resolutie in de Thuismodus of Professionele modus, kunt u een voorbeeldscan van uw afbeelding maken en vervolgens het gebied van de afbeelding(en) aanpassen dat moet worden gescand. Het voorbeeld of de voorbeelden worden op het scherm weergegeven in een apart voorbeeldvenster.
Er zijn twee manieren om een voorbeeldscan te maken.
Normaal voorbeeld: hiermee worden de afbeeldingen volledig weergegeven. U moet zelf het gewenste scangebied selecteren en met de hand de beeldkwaliteit aanpassen. Dit is het standaardvoorbeeld in de Professionele modus. Indien beschikbaar kunt u deze optie ook selecteren in de Thuismodus.
Thumbnailvoorbeeld: hiermee worden de afbeeldingen in het klein weergegeven. De randen van het scangebied worden automatisch gelokaliseerd en de belichtingsinstellingen worden automatisch aangepast. Als de documenten of foto's niet goed op de glasplaat liggen, worden de afbeeldingen bovendien bijgedraaid. Dit is het standaardvoorbeeld in de Thuismodus. Indien beschikbaar kunt u deze optie ook selecteren in de Professionele modus.
Opmerking:
Ga als volgt te werk om een voorbeeldscan van uw afbeelding(en) te maken in de Thuismodus of Professionele modus.
Van uw afbeeldingen wordt een voorbeeldscan gemaakt. De voorbeelden worden vervolgens weergegeven in een van de volgende voorbeeldvensters:
Normaal voorbeeld
Thumbnailvoorbeeld
Opmerking:
Als u op een afbeelding wilt inzoomen, dubbelklikt u op de miniatuur. U kunt ook eenmaal op de miniatuur klikken en vervolgens het tabblad Volledige grootte boven in het voorbeeldvenster openen.
Als u een afbeelding wilt draaien of horizontaal wilt spiegelen, klikt u op de miniatuur gevolgd door het pictogram (draaien) of (spiegelen).
Als u het scangebied wilt aanpassen en uw afbeelding wilt bijsnijden, maakt u zelf een selectiekader waarmee u het gewenste deel aangeeft. Zie Scangebied (selectiekader) aanpassen voor instructies.
Als u de kwaliteit van de afbeelding wilt aanpassen, klikt u op de gewenste afbeelding(en) en brengt u de wijzigingen aan zoals beschreven in Kleur- en andere beeldinstellingen aanpassen. Als u de doorgevoerde aanpassingen op alle afbeeldingen wilt toepassen, klikt u op de knop Alle.
Opmerking:
Als u een specifiek scangebied wilt selecteren, klikt u op het pictogram om daarmee een selectiekader in de afbeelding te plaatsen. Dit kader geeft aan welk deel wordt gescand. U kunt dit selectiekader nu naar wens aanpassen. Zie Scangebied (selectiekader) aanpassen voor instructies.
Opmerking:
Als u op een afbeelding wilt inzoomen, klikt u ergens in het scangebied en vervolgens op de knop Zoom. Er wordt een nieuwe voorbeeldscan gemaakt, die vervolgens groter wordt weergegeven op het tabblad Zoom. (De andere afbeeldingen op het tabblad Voorbeeldscan behouden hun oorspronkelijke grootte.)
Als u de kwaliteit van de afbeelding wilt aanpassen, klikt u op de gewenste afbeelding(en) en brengt u de wijzigingen aan zoals beschreven in Kleur- en andere beeldinstellingen aanpassen.
Scangebied (selectiekader) aanpassenHet selectiekader is een bewegende stippellijn aan de rand van uw voorbeeldscan. Dit kader geeft het scangebied aan.
U kunt het selectiekader verplaatsen en van formaat veranderen. Het is zelfs mogelijk om in één afbeelding meerdere selectiekaders te gebruiken (alleen bij normaal voorbeeld). Op deze manier scant u verschillende delen van de afbeelding, die allemaal worden opgeslagen in een apart bestand. Volg de onderstaande instructies.
Als u het selectiekader wilt verplaatsen, plaatst u de aanwijzer ergens binnen het kader. De aanwijzer verandert in een handje. Klik en sleep het selectiekader naar de gewenste plaats.
Als u het selectiekader groter of kleiner wilt maken, plaatst u de aanwijzer op de rand of op een van de hoeken van het kader. De aanwijzer verandert in een rechte of schuine tweekoppige pijl. Klik en sleep de rand van het selectiekader naar de gewenste plaats (tot de gewenste grootte is bereikt).
Opmerking:
Kleur- en andere beeldinstellingen aanpassenWanneer u uw afbeeldingen hebt bekeken en het scangebied hebt aangepast, kunt u de beeldkwaliteit eventueel bijregelen. Epson Scan biedt tal van mogelijkheden om de kleuren, de scherpte en het contrast, maar ook diverse andere aspecten die van invloed zijn op de beeldkwaliteit te verbeteren.
Voordat u uw aanpassingen aanbrengt, moet u eerst op de afbeelding of in het selectiekader klikken voor het gebied dat u wilt aanpassen. In de Professionele modus moet u ook naar het deel met aanpassingen onder in het Epson Scan-venster gaan:
De onderstaande tabel bevat de instellingen die kunnen worden gebruikt in de Thuismodus en/of de Professionele modus. Klik in het Epson Scan-venster op Help voor meer informatie over het aanpassen van deze instellingen.
Na het wijzigen van de instellingen kunt u het formaat van uw gescande afbeeldingen aanpassen (zie Scanformaat selecteren) of onmiddellijk doorgaan en scannen (zie De scan voltooien).
Opmerking:
Scanformaat selecterenU kunt uw afbeeldingen scannen op de grootte van het origineel, maar het is ook mogelijk om het formaat tijdens het scannen aan te passen. U doet dit met de optie Doelgrootte in de Thuismodus of Professionele modus.
Thuismodus
Professionele modus
Als u uw afbeelding op een bepaald formaat wilt scannen, dan moet u de doelgrootte selecteren na het maken van de voorbeeldscan, maar voordat u het scangebied aanpast (aangegeven door het selectiekader). Zo wordt het scangebied ingesteld op de juiste verhoudingen en wordt uw afbeelding niet verkeerd bijgesneden.
Zie Scangebied weergeven en aanpassen voor meer informatie over het maken van een voorbeeldscan van uw afbeeldingen. Ga dan als volgt te werk om de doelgrootte in te stellen.
Voer een naam voor het aangepaste formaat in, voer het formaat in en klik vervolgens op de knop Opslaan gevolgd door OK. Het nieuwe formaat wordt toegevoegd aan de keuzelijst Doelgrootte.
Als u het formaat van de afbeelding met een bepaald percentage wilt aanpassen, wijzigt u de waarde bij Schaal.
Als u de manier van bijsnijden wilt aanpassen, schakelt u Bijwerking in of uit. (Zie de Help van Epson Scan voor meer informatie.)
Als u de verhoudingen van het scanformaat wilt ontgrendelen, klikt u op het pictogram met het slotje. Vervolgens past u het selectiekader aan of voert u nieuwe maten voor de breedte/hoogte in.
Als u het selectiekader wilt draaien (voor een liggende of staande afbeelding) zonder de verhouding ervan te wijzigen, klikt u op het pictogram voor de richting. (Niet beschikbaar als u scant met Origineel geselecteerd bij Doelgrootte.)
Opmerking:
De scan voltooienWat er na het scannen gebeurt, hangt af van de manier waarop u het scannen bent begonnen.
Als u met scannen bent begonnen door Epson Scan te starten als zelfstandig programma in de volautomatische modus, wordt de gescande afbeelding opgeslagen in de door u gekozen bestandsindeling. Wanneer u geen instellingen voor het bewaren van bestanden hebt geselecteerd, wordt het bestand opgeslagen als JPEG-bestand in Afbeeldingen of Mijn afbeeldingen.
Als u met scannen bent begonnen door Epson Scan te starten als zelfstandig programma in de Thuismodus of Professionele modus, verschijnt het venster Instellingen voor Bewaar bestand. Hierin kunt u de naam en locatie voor de scanbestanden opgegeven. Zie Instellingen voor Bewaar bestand selecteren
voor meer informatie hierover.
Als u met scannen bent begonnen vanuit een scanprogramma als Adobe Photoshop Elements, worden uw gescande afbeeldingen geopend in het venster van het desbetreffende programma. Wanneer Epson Scan na het scannen niet automatisch sluit, klikt u op Sluiten om het venster Epson Scan te sluiten en uw afbeelding(en) in het programma te bekijken.
Als u met scannen bent begonnen vanuit Epson File Manager, ziet u miniaturen van de gescande afbeeldingen in het venster Epson File Manager.
Opmerking:
Als u uw gescande afbeeldingen wilt gebruiken in een van de projecten van Epson Creativity Suite, moet u op het selectievakje onder de miniaturen klikken. De afbeeldingen worden dan weergegeven in het vak Mijn selectie onder in het Epson File Manager-venster.
Vervolgens selecteert u boven in het venster een van de volgende projectpictogrammen.
Opmerking:
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||