Functies van de printersoftware / Voor gebruikers van Mac OS 8.1 of hoger (behalve Mac OS X)

Afdrukken vanaf bureaublad gebruiken

De driver voor Afdrukken vanaf bureaublad installeren
Afdrukken met de functie Afdrukken vanaf bureaublad
Afdruktaken beheren met het Bureaubladprinter-venster
Het menu Print gebruiken

Met de functie Afdrukken vanaf bureaublad kunt u gemakkelijk afdrukken door een bestand naar het printerpictogram op het bureaublad te slepen of door een bestand op het bureaublad te selecteren en de opdracht Afdrukken te kiezen in het menu.

Volg de onderstaande instructies op om de functie Afdrukken vanaf bureaublad in te stellen.

Opmerking:
  • U hebt Mac OS 8.5.1 of hoger nodig om de functie Afdrukken vanaf bureaublad te kunnen gebruiken.
  • Deze functie is niet beschikbaar onder Mac OS X.

De driver voor Afdrukken vanaf bureaublad installeren

Controleer of de printer uitstaat. Schakel uw Macintosh in en plaats de cd-rom met printersoftware in de cd-romlezer. De cd-rom met EPSON-printersoftware wordt automatisch geopend.

Als er aparte mappen verschijnen met pictogrammen voor verschillende talen, dubbelklikt u op de map met de gewenste taal. Dubbelklik op het pictogram van de Installer in de map Disk 1 in de map Disk Package.

Klik na het beginvenster op Ga door (Continue).

Kies in de Installer de optie Speciale installatie (Custom Install) en schakel het selectievakje Printerdriver voor bureaubladprinter in.

Klik op Installeer.

Volg de instructies op het scherm om de driver te installeren.


[Boven]

Afdrukken met de functie Afdrukken vanaf bureaublad

Als u wilt afdrukken met de functie Afdrukken vanaf bureaublad, gaat u op een van de volgende manieren te werk:

Zie Opties instellen in het afdrukvenster voor informatie over het gebruik van het afdrukvenster.

Opmerking:
Afdrukken met de functie Afdrukken vanaf bureaublad kan iets langer duren.

Voor het instellen van de standaardprinter gaat u op een van de volgende manieren te werk:

Opmerking:
De volgende items kunnen niet worden gebruikt wanneer u afdrukt met de functie Afdrukken vanaf bureaublad:
  • De instellingen voor afdrukken op de achtergrond wijzigen
  • Een afdruktijd instellen in het afdrukvenster
  • Een afdrukvoorbeeld bekijken
  • Afdrukgegevens opslaan
  • EPSON Monitor IV

Als een fout optreedt, klikt u op Annuleren (Cancel) om het afdrukken te stoppen of lost u de fout op en klikt u op Ga door (Continue) om het afdrukken te hervatten. Omdat het hulpprogramma Cartridge vervangen niet kan worden gestart tijdens het afdrukken, wordt de knop Hoe niet weergegeven wanneer de inkt op is. Als u een lege cartridge wilt vervangen, annuleert u de afdruktaak en gebruikt u het bedieningspaneel van de printer. Zie Een cartridge vervangen voor meer informatie.


[Boven]

Afdruktaken beheren met het Bureaubladprinter-venster

Met het Bureaubladprinter-venster kunt u afdruktaken beheren zoals hierna beschreven. U opent het Bureaubladprinter-venster door op het printerpictogram op het bureaublad te dubbelklikken.

Pictogram

Naam van knop

Functie

Uitstellen

Stopt het afdrukken en laat de huidige afdruktaak bovenaan de wachtrij staan

Hervatten

Herneemt het afdrukken.

Afdruktijd

Stelt het tijdstip voor het afdrukken in.

Verwijderen

Stopt het afdrukken en verwijdert de afdruktaak uit de wachtrij.

De afdruktijd instellen

De printer kan zo worden ingesteld dat op een bepaald tijdstip wordt begonnen met afdrukken. Volg de onderstaande instructies om de afdruktijd in te stellen.

Klik op de pictogramknop  in het Bureaubladprinter-venster. Het dialoogvenster Afdruktijdstip wordt geopend.

Selecteer bij Afdruktijdstip de optie Urgent, Normaal of Tijdstip.

Als u Tijdstip selecteert, kunt u de datum en tijd waarop het document wordt afgedrukt instellen met de pijlen naast het datum- en tijdveld.

Opmerking:
Zorg ervoor dat de computer en printer aanstaan op het moment dat u het document wilt afdrukken.

Klik op OK.


[Boven]

Het menu Print gebruiken

Via het menu Print kunt u het afdrukken stoppen en hervatten, en de standaardprinter instellen.

Ga als volgt te werk.

Klik op het printerpictogram op het bureaublad. Print wordt weergegeven op de menubalk.

Klik op Print op de menubalk. U krijgt het volgende menu te zien.

Kies Start afdrukwachtrij om het afdrukken voort te zetten, Stop afdrukwachtrij om het afdrukken te stoppen en Standaardprinter om van de printer de standaardprinter te maken.


[Boven]


Vorige

Volgende