Instelling
|
Opties
|
Beschrijving
|
BT-printer-ID instellen
|
nummer voor de printernaam (standaard = 1)
|
Als er meerdere Bluetooth-printers binnen hetzelfde bereik vallen, geeft u elke printer een ander nummer (van 0 tot en met 9).
De nieuwe printer-ID is pas van kracht nadat u het apparaat uit en weer aan hebt gezet.
|
BT-verbindingsmodus
|
Publiek
|
In deze modus kunnen Bluetooth-apparaten zelfstandig de printer opsporen om af te drukken.
|
Privé
|
In deze modus kunnen onbekende apparaten het apparaat niet detecteren.
Als u in deze modus wilt afdrukken, moet u eerst eenmaal naar het apparaat zoeken in de modus Publiek en de naam van het apparaat opslaan. Wanneer uw Bluetooth-apparaat de printer eenmaal heeft gedetecteerd in de modus Publiek, zal het daarna ook in de modus Privé met de printer kunnen communiceren om gegevens af te drukken.
|
Koppeling
|
In deze modus moet er verplicht een code van vier cijfers in het Bluetooth-apparaat worden ingevoerd voordat communicatie met de printer mogelijk is.
|
BT-codering
|
Aan/Uit (standaard = Uit)
|
Selecteer Aan om de communicatie te coderen. Bij gebruik van codering moet er verplicht een code van vier cijfers in het Bluetooth-apparaat worden ingevoerd voordat communicatie met de printer mogelijk is.
|
BT-pincode instellen
|
Een willekeurig getal van vier cijfers (standaard = 0000)
|
Met deze optie bepaalt u de code (vier cijfers) die in een Bluetooth-apparaat moet worden ingevoerd voordat afdrukken mogelijk is, als Koppeling is geselecteerd als BT-verbindingsmodus of als BT-codering is ingeschakeld. Zelfs als er voor de printer geen codering nodig is, kan het afhankelijk van de instellingen die op het andere Bluetooth-apparaat zijn opgegeven, toch nodig zijn dat u de pincode van de printer opgeeft.
|
BT-apparaatadres
|
Wordt in de fabriek vastgelegd. (Voorbeeld) 11-11-11-11-11-11
|
Het unieke Bluetooth-apparaatadres van dit apparaat.
|