EPSON

Afdrukproblemen

Kan niet afdrukken vanuit het netwerk

Kunt u een netwerkstatusoverzicht afdrukken?
Controleer op de afdruk van het netwerkstatusoverzicht of de netwerkinstellingen juist zijn.
Als TCP/IP wordt gebruikt, kunnen de computer en printer dan communiceren?
Controleer of een verbinding tot stand is gebracht. Zie Opdracht Ping.
Werken de hub, LAN-kabel, enzovoort juist in een bekabelde LAN-verbinding?
Controleer of de printer is ingeschakeld en of het verbindingslampje van de hubpoort op de printer brandt/knippert. Als dit lampje niet brandt, probeert u het volgende:
1. Maak verbinding via een andere poort.
2. Maak verbinding via een andere hub.
3. Vervang de LAN-kabel.
Als TCP/IP wordt gebruikt, is het IP-adres dan afgestemd op uw omgeving?
De fabrieksinstelling kan niet als zodanig worden gebruikt. Als u dit IP-adres wilt gebruiken, moet u het adres eerst verwijderen en opnieuw invoeren. Wijzig het IP-adres van de printer op basis van uw omgeving.
Is de draadloze communicatie onderbroken of is de verbinding verbroken?
Zie Network Settings (Netwerkinstellingen) - Confirm Network Settings (Netwerkinstellingen bevestigen) op het bedieningspaneel van de printer. Als de verbinding is verbroken, start u de printer opnieuw op. Zie Printer instellen voor het netwerk via het bedieningspaneel voor meer informatie over het bedieningspaneel.
Is de printer juist aangesloten op het toegangspunt (draadloze router enzovoort)?
Zie Network Settings (Netwerkinstellingen) - Confirm Network Settings (Netwerkinstellingen bevestigen) op het bedieningspaneel van de printer om de Connection (Verbinding) te controleren. Als de verbinding is verbroken, controleert u het volgende:
Is het toegangspunt (draadloze router enzovoort) ingeschakeld?
Komen de WLAN-instellingen overeen met de instellingen van het doeltoegangspunt (draadloze router enzovoort)?
Is de WEP-sleutel in de instellingen voor draadloze verbinding juist?
Herstel de standaardinstellingen van de printer en configureer de instellingen opnieuw met behulp van EpsonNet Setup.
Is de communicatiemodus (verbindingssnelheid) van de printer afgestemd op de hub of router?
Raadpleeg de volgende tabel om de communicatiemodi van de printer en de hub/router op elkaar af te stemmen. (De standaardcommunicatiemodus van de printer is Auto (Aut.)).
Raadpleeg de gebruikershandleiding voor de procedure voor het controleren/instellen van de communicatiemodus van de hub/router.
 
Instellingen hub/router
 
Automatisch
100Base-TX full-duplex
100Base-TX half-duplex
10Base-TX full-duplex
10Base-TX half-duplex
Printerinstellingen
Automatisch
Ja
Nee
Ja
Nee
Ja
100Base-TX full-duplex
Nee
Ja
Nee
Nee
Nee
100Base-TX half-duplex
Ja
Nee
Ja
Nee
Nee
10Base-TX full-duplex
Nee
Nee
Nee
Ja
Nee
10Base-TX half-duplex
Ja
Nee
Nee
Nee
Ja
Ja: mogelijk Nee: niet mogelijk

Het IP-adres verandert

Is Network Settings (Netwerkinst.) - TCP/IP Setup (TCP/IP inst.) ingesteld op Auto (Aut.) op het bedieningspaneel?
Als Auto (Autom.) is ingesteld, verandert het IP-adres telkens wanneer de printer wordt ingeschakeld. Als de instelling Auto (Aut.) wordt gebruikt, moet u de volgorde van inschakelen bepalen, of de printer altijd ingeschakeld houden. De instelling Auto (Aut.) is beschikbaar wanneer de printerpoort wordt ingesteld met EpsonNet Print (in Windows) of Bonjour/Rendezvous (in Mac OS X).

Afdrukken gaat langzaam of de gegevens worden aan het einde afgekapt

Zijn de communicatiemodi (full-duplex/half-duplex) van de printer en de aangesloten hub op elkaar afgestemd?
De standaardcommunicatiemodus van de printer Line Speed (Lijnsnelheid) is ingesteld op Auto (Aut.). Als de communicatiemodus van de hub vast is, komen de communicatiemodi van de printer en de hub niet overeen. De afdruksnelheid wordt extreem traag of de gegevens worden aan het einde afgekapt doordat een time-out optreedt.
Is de ontvangst slecht?
Als de ontvangst slecht is in een draadloze omgeving, controleert u of zich geen obstakels in de buurt van de printer bevinden. Verplaats de printer naar een locatie met een goede signaalontvangst. U kunt de signaalsterkte controleren op het bedieningspaneel van de printer.