epson

Een lege cartridge vervangen

U kunt een cartridge vervangen met behulp van de knoppen op de printer of met uw computer. Instructies voor het vervangen van cartridges krijgt u hierna.
Opmerking:
Open de verpakking van een cartridge pas op het moment dat u de cartridge in de printer gaat installeren. De cartridge is vacuüm verpakt om de kwaliteit te behouden.

Printerknoppen gebruiken

In de onderstaande tabel staan de verschillende statuslampjes van de printer met daarbij de benodigde actie.
Lampjes
Actie
Schaf een nieuwe cartridge aan.
Vervang de lege cartridge.
knippert, brandt
Opmerking:
Een cartridge die bijna leeg is, kunt u blijven gebruiken tot de inkt helemaal op is. Zie de hierna genoemde gedeelten voor informatie over het controleren van de status van elke afzonderlijke cartridge:
Zie Werken met de EPSON Status Monitor 3 (Windows)
Zie Werken met EPSON StatusMonitor (Mac OS X)
Ga als volgt te werk om een cartridge te vervangen met behulp van de knop .
Let op:
Haal de cartridge pas uit de printer wanneer u klaar bent om de nieuwe cartridge te installeren.
Opmerking:
In de illustraties wordt het vervangen van de cartridge cyaan getoond. De instructies zijn echter voor alle cartridges gelijk.
Controleer of het aan-uitlampje  brandt, maar niet knippert.
Open de printerkap.
Druk op de knop . De printkop gaat naar de positie waar de cartridge kan worden gecontroleerd en het aan-uitlampje  begint te knipperen. De cartridge die wordt aangegeven met , is opgebruikt.
Let op:
Verplaats de printkop niet met de hand. Hierdoor kan de printer worden beschadigd. Druk altijd op de knop  om de houder te verplaatsen.
Pas op dat u de witte lintkabel in de printer niet aanraakt.
Opmerking:
Houd de knop  niet langer dan drie seconden ingedrukt, anders begint de printer met het reinigen van de printkop.
Druk nogmaals op de knop .
Als er meer dan één cartridge opgebruikt is, gaat de printkop naar het teken . Dit gebeurt telkens wanneer de knop wordt ingedrukt, totdat alle opgebruikte cartridges zijn aangegeven.
Wanneer alle opgebruikte cartridges zijn aangegeven, gaat de printkop naar de positie voor vervanging van de cartridge zodra nogmaals op de knop wordt gedrukt.
De beste resultaten worden verkregen wanneer de nieuwe cartridge vier of vijf keer goed wordt geschud voordat de verpakking wordt geopend.
Haal de nieuwe cartridge uit de verpakking.
Let op:
Pas goed op dat u de haken aan de zijkant van de cartridge niet afbreekt wanneer u de cartridge uit de verpakking haalt.
Raak de groene chip aan de zijkant van de cartridges niet aan. Hierdoor kan de cartridge beschadigd raken.
Installeer na het verwijderen van de oude cartridge altijd onmiddellijk een nieuwe. Als er niet meteen een cartridge wordt geïnstalleerd, kan de printkop uitdrogen en onbruikbaar worden.
Verwijder de gele tape van de onderzijde van de cartridge.
Let op:
U moet de gele tape van de cartridge halen voordat u de cartridge installeert. Als u dit niet doet, kan de afdrukkwaliteit te wensen overlaten of is afdrukken wellicht helemaal niet mogelijk.
Als u een cartridge hebt geïnstalleerd zonder de gele tape te verwijderen, moet u de cartridge uit de printer halen, de tape verwijderen en de cartridge vervolgens terugplaatsen.
Laat de transparante afdichting aan de onderzijde van de cartridge altijd gewoon zitten, anders kan de cartridge onbruikbaar worden.
De beschermstrook op de cartridge mag niet worden verwijderd of gescheurd, omdat de cartridge anders gaat lekken.
Open de cartridgekap.
Let op:
Zorg ervoor dat u de hieronder aangegeven onderdelen niet aanraakt.
Knijp de tab in achter op de cartridge die u wilt vervangen. Til de cartridge recht omhoog uit de printer. Gooi de lege cartridge weg in overeenstemming met de lokale milieuvoorschriften.
Opmerking:
Als u de cartridge moeilijk uit de printer krijgt, gebruik dan meer kracht.
Plaats de cartridge in de cartridgehouder met de onderzijde naar beneden. Druk de cartridge nu omlaag tot hij vastklikt.
Wanneer u klaar bent met het vervangen van de cartridges, sluit u de cartridgekap en de printerkap.
Druk op de knop .
De printkop wordt verplaatst en het inkttoevoersysteem wordt geladen. Dit proces neemt ongeveer anderhalve minuut in beslag. Wanneer de inkt is geladen, gaat de printkop terug naar de uitgangspositie. Het aan-uitlampje  stopt met knipperen en brandt nu continu. Het foutlampje  gaat uit.
Let op:
Het aan-uitlampje blijft knipperen tijdens het laden van de inkt. Zet de printer nooit uit terwijl dit lampje knippert. Het inkttoevoersysteem wordt dan niet volledig geladen.
Opmerking:
Als het foutlampje knippert of brandt nadat de printkop naar de uitgangspositie is geschoven, is de cartridge misschien niet goed geïnstalleerd. Druk nogmaals op de knop , druk de cartridge omlaag tot deze vastklikt en doe de cartridgekap goed dicht.

Computer gebruiken

U kunt de cartridgestatus vanaf uw computer controleren en de instructies op het scherm raadplegen voor het vervangen van een lege of bijna lege cartridge.
Als u een cartridge moet vervangen, klikt u op How to (Hoe) in het venster EPSON Status Monitor. Volg de instructies op het scherm om de cartridge te vervangen.
Raadpleeg het hierna genoemde gedeelte voor meer informatie over het gebruik van uw computer voor het vervangen van cartridges.
Zie Werken met de EPSON Status Monitor 3 (Windows)
Zie Werken met EPSON StatusMonitor (Mac OS X)