EPSON

Speciaal papier laden

Doorslagpapier

U kunt zesdelig doorslagpapier zonder carbon gebruiken (vijf kopieën plus het origineel). Zorg ervoor dat u de papierdiktehendel in de juiste stand zet voor het aantal lagen in uw doorslagpapier.
Voor de beste resultaten met dik papier zoals doorslagpapier, selecteert u een rechte of bijna rechte papierbaan. U kunt doorslagpapier het beste gebruiken met:
de sleuf aan de voorzijde en de duwtractor aan de voorzijde
de sleuf aan de voor- of onderzijde en de trektractor
Afgezien van het instellen van de papierdiktehendel, laadt u doorslagpapier op dezelfde manier in als gewoon kettingpapier.
Opmerking:
Zorg ervoor dat uw doorslagpapier niet dikker is dan 0,46 mm (0,018 inch) voor het aanbevolen afdrukgebied en niet dikker is dan 0,9 mm (0,035 inch) voor de geperforeerde randen.
Gebruik doorslagpapier alleen bij een normale temperatuur en luchtvochtigheid, binnen de volgende grenzen:
Temperatuur: 15 tot 25˚C (59 tot 77˚F)
Luchtvochtigheid: 30 tot 60% RV
Laad geen beschadigd, gekruld of gekreukeld papier in de printer.

Etiketten

Wanneer u op etiketten afdrukt, gebruikt u alleen het type etiketten die zijn bevestigd op kettingpapier met een achterblad met gaten die geschikt zijn voor de geleider voor gebruik met een tractor. Probeer niet af te drukken op losse vellen met etiketten omdat de printer etiketten op een glad achterblad niet goed door kan voeren.
Dik papier, zoals kettingpapier met etiketten, heeft een rechte of bijna rechte papierbaan nodig. U kunt etiketten laden in de papiersleuf aan de voorzijde (duw- of trektractor) of onderzijde (trektractor). Voor de beste resultaten gebruikt u de tractor in de trekpositie en laadt u papier aan de voor- of onderzijde.
Etiketten laadt u op dezelfde manier als gewoon kettingpapier, behalve dat u de papierdiktehendel op 2 moet zetten voordat u afdrukt op etiketten. Zie Papier in de trektractor laden voor meer informatie.
Let op:
Laadt geen kettingpapier met etiketten in de achtersleuf omdat de papierbaan vanaf de achtersleuf een bocht heeft. De etiketten kunnen hierdoor losraken van hun rugvel en er toe leiden dat het papier vastloopt.
Gebruik de afscheurfunctie (door op de knop Tear Off/Card te drukken of door de modus voor automatisch afscheuren aan te zetten zoals beschreven in Standaardinstellingen van de printer) nooit om kettingpapier met etiketten achterwaarts in te voeren, omdat ze los kunnen raken van hun rugvel en vast kunnen lopen in de printer.
Omdat de werking van etiketten afhangt van temperatuur en luchtvochtigheid, dient u ze alleen onder normale omstandigheden te gebruiken, namelijk binnen de volgende grenzen:
Temperatuur: 15 tot 25˚C (59 tot 77˚F)
Luchtvochtigheid: 30 tot 60% RV
Laad geen beschadigd, gekruld of gekreukeld kettingpapier met etiketten in de printer.
Laat tussen afdruktaken geen etiketten in de printer achter. De etiketten kunnen om de plaat krullen en vastlopen wanneer het afdrukken wordt hervat.

Kettingpapier met etiketten verwijderen

Om te voorkomen dat etiketten losraken van hun rugvel en vastlopen in de printer, volgt u de stappen hieronder wanneer u kettingpapier met etiketten uit de printer verwijdert.
Als u klaar bent met afdrukken, scheurt u de nieuwe toevoer van kettingpapier met etiketten af bij de perforatie die het dichtste bij de sleuf van de papierinvoer zit.
Houd de knop LF/FF ingedrukt om het resterende papier uit de printer te verwijderen.
Let op:
Druk nooit op de knop Load/Eject of Tear Off/Card. Als etiketten achterwaarts ingevoerd worden, kunnen ze gemakkelijk losraken van hun rugvel en leiden tot het vastlopen van de printer.