EPSON

Een cartridge vervangen voordat deze op is

U krijgt de beste resultaten als u de cartridge verbruikt binnen zes maanden na het openen van de verpakking.
Volg de instructies in dit gedeelte om een cartridge te vervangen voordat het  lampje knippert of de statusmonitor aangeeft dat de cartridge leeg is.
Opmerking:
Open de verpakking van de cartridge pas op het moment waarop u de cartridge wilt installeren. De cartridge is vacuümverpakt om de betrouwbaarheid te waarborgen.

Printerknoppen gebruiken

Let op:
Verwijder de cartridge niet voordat u zover bent om hem te vervangen.
Opmerking:
De illustraties tonen de vervanging van de zwarte cartridge; de instructies zijn echter voor alle cartridges hetzelfde.
Controleer dat het  lampje aan is, maar niet knippert.
Schud nieuwe cartridges vier of vijf keer voordat u de verpakking opent voor het beste afdrukresultaat.
Neem de nieuwe cartridge uit de verpakking.
Let op:
Zorg ervoor dat de haken aan de zijkant van de cartridge niet breken bij het uit de verpakking halen.
Raak de groene chip aan de zijkant van de cartridges niet aan. Hierdoor kan de cartridge beschadigen.
Installeer altijd onmiddellijk na verwijdering van de oude cartridge een nieuwe. Als een nieuwe cartridge niet meteen geïnstalleerd wordt kan de printkop uitdrogen en onbruikbaar worden.
Verwijder de gele strip van de onderkant van de cartridge.
Let op:
De gele strip moet vóór de installatie van de cartridge verwijderd worden, anders kan de afdrukkwaliteit afnemen of afdrukken onmogelijk zijn.
Als u de cartridge hebt geïnstalleerd zonder de gele strip te verwijderen, neem dan de cartridge weer uit de printer, verwijder de strip en installeer de cartridge opnieuw.
Verwijder nooit het doorzichtige zegel van de onderkant van de cartridge; de cartridge kan daardoor onbruikbaar worden.
Het etiket op de cartridge mag niet worden verwijderd of gescheurd, omdat de cartridge anders gaat lekken.
Open de printerkap.
Druk op de  knop. De printkop beweegt naar de positie waar de cartridge kan worden vervangen en het  lampje begint te knipperen.
Let op:
Verplaats de printkop niet met de hand. Hierdoor kan de printer worden beschadigd. Gebruik altijd de  knop om hem te verplaatsen.
Opmerking:
Houd de  knop niet langer dan drie seconden ingedrukt, anders begint de printer de printkop te reinigen.
Open de cartridgekap.
Druk op het klepje aan de achterzijde van de cartridge die u wilt vervangen. Haal de cartridge in een rechte positie uit de printer. Zorg voor correcte afvalverwerking van de cartridge.
Opmerking:
Als het verwijderen van de cartridge lastig is, zet dan iets meer kracht totdat de cartridge loskomt.
Plaats de nieuwe cartridge met de onderkant naar beneden in de cartridgehouder. Druk dan de cartridge omlaag totdat deze vastklikt.
Sluit na het vervangen van de cartridges de cartridgekap en de printerkap.
De printkop verschuift en het inkttoevoersysteem begint te laden. Dit proces duurt ongeveer drie minuten. Wanneer de inkt is geladen gaat de printkop terug naar de uitgangspositie. Het  lampje stopt met knipperen en blijft aan, en het  lampje gaat uit.
Let op:
Het  lampje blijft knipperen tijdens het laden van de inkt. Zet de printer nooit uit als dit lampje nog knippert. Het inkttoevoersysteem wordt dan wellicht niet volledig geladen.
Opmerking:
Als het  lampje knippert of aan is nadat de printkop naar de uitgangspositie is geschoven, kan het zijn dat de cartridge niet goed is geïnstalleerd. Druk opnieuw op de knop, druk op de cartridge totdat deze vastklikt en druk dan de cartridgekap goed dicht.